De Ginkgo biloba in de Hortus botanicus Leiden is verkozen tot “De Boom van het Jaar 2024’. Met 5.216 stemmen liet de eeuwenoude boom de andere aanmeldingen ruim achter zich. Het succes is mede te danken aan een radiopresentator die in ‘Vroege Vogels’ melding maakte van deze bom in zijn woonplaats.
De Duitse VOC-arts Engelbert Kaempfer (1651-1716), die over veel botanische kennis beschikte, bezocht Japan tussen 1690 en 1692 en bracht de zaden van de Ginkgo mee. Die geplant werd in de universiteitstuin die daar in 1590 tussen het Rapenburg en de Singel werd aangelegd.
Bioloog Rinny Kooy vertelt dat de mannelijke boom is geplant in 1785 en in 1935 er een vrouwelijke twijg op werd geënt. “In de herfst heeft hij daardoor de kenmerkende naar boter stinkende zaden”.
“De bevruchting van een Ginkgo is best ingewikkeld”, aldus Kooi. In het voorjaar wordt het stuifmeel overgebracht op hele kleine knopjes op van het vrouwtje”. Pas in het najaar, na ingewikkelde processen van het stuifmeel zwemt het sperma naar de eicel en vindt de bevruchting plaats. Dat kan zelfs nog gebeuren als de vruchten, de ‘bessen’ op de grond liggen. Rijpe ‘bessen’ zijn geel en de noten zitten in een vochtige omgeving. Die vruchten stinken. Een twijgje kan één vrucht hebben of twee. En ook wel drie. Ik ontdekte zelfs vier! En ook de aanzet tot vijf. Die zie je bijna nooit”
In het Plantsoen staat een vrouwelijke Ginkgo. Daarin heb ik nog nooit drie vruchten aan een twijg ontdekt. Maar die boom is veel jonger dan onze prijswinnaar in de Hortus”.