Molen De Valk dateert uit 1667 en is een graanmolen die sinds 1966 dienstdoet als molenmuseum. Jaarlijks trekt het museum zo’n 35.000 bezoekers. “Iedere Leidenaar bezoekt dit icoon van onze stad gemiddeld drie keer,” denkt cultuurwethouder Yvonne van Delft, “als kind, ouder en grootouder.” Zij was aanwezig bij de eerste vertoning van de nieuwe promotiefilm. Ook had ze nog meer nieuws: de aankleding, gereedschappen, reserveonderdelen en attributen, de molenaar was in die tijd een soort kleine industrieel, die tot nu toe in bruikleen waren van de vereniging ‘De Hollandsche Molen’, zijn nu officieel geschonken. Verder wordt er gewerkt aan een ‘molentuin’ om de versteende omgeving te vergroenen. Molenaar Mariëlle Boer vertelde dat ze net haar handtekening had gezet onder de aankoop van vier nieuwe wieken en een nieuwe bovenas.
De promotiefilm 11 minuten die behalve in het Nederlands ook te beluisteren is in Frans, Duits en Engels, geeft een interessant overzicht van de Nederlandse molen. Nederland afficheert zich graag als molenland en de uitvinder. Maar de Romeinen bouwden al rond het begin van onze jaartelling molens. Het waren wél onze vindingrijke voorouders die door windkracht gedreven industriële toepassingen ontwikkelden. De houtzaagmolen die snel planken kon zagen voor de schepen, als voorbeeld
Op een feestelijke bijeenkomst kwamen ook oude verhalen naar boven. Zo zou kroonprinses Beatrix, die rechten studeerde aan de universiteit, regelmatig vriendinnen ontvangen hebben in de molen voor een kopje thee. Ze werd toen keurig bediend door de student die de ‘knechtenkamer’ huurde, niemand minder dan de later bekende cabaretier Paul van Vliet. Prinses Beatrix bleef altijd betrokken bij molens en is tot op de dag van vandaag beschermvrouwe van ‘De Hollandsche Molen’.